Andrew G. Marshall is een Britse relatietherapeut en bestsellerauteur. Hij onderscheidt 6 stadia in een gangbare liefdesrelatie. De zes stadia vertonen elk een knelpunt waaraan kan gewerkt worden via de bijhorende suggestie/oplossing.
De 6 fasen van een relatie
-
Fase 1: Het in elkaar opgaan (duurt circa 18 maanden)
• Jullie willen zolang en zo vaak als mogelijk is, bij elkaar zijn. Dat is het allerbelangrijkste voor beiden.
• Er is veel fysiek contact in deze fase, inclusief spannende en leuke seks.
• Jullie tonen interesse in elkaars leefwereld en hobby’s. Jullie willen er meer over weten en er deel van uitmaken.
• Eigenschappen en gewoonten die je bewondert in de ander durf je wel eens overnemen.
• Later zal je deze intense tijd omschrijven als een prachtige, beloftevolle en energieke periode.
Knelpunt(en)
Ruzies worden vermeden in deze fase, puur uit schrik de ander kwijt te raken. Komen ruzies toch voor, dan voelt het aan als het einde van de wereld. Sommige partners worden ook wat terughoudender, uit schrik hun identiteit kwijt te raken.
Suggestie: Durf los te laten.
Een succesvolle relatie blijft een evenwichtsoefening tussen je overgeven aan gevoelens en controle houden over je eigen leven. Ruzie maken hoort erbij en is soms noodzakelijke manier om meer over elkaar te leren. -
Fase 2: Nestvorming (duurt 2 tot 3 jaar)
• Het koppel besluit samen te gaan wonen.
• Het seksuele leven wordt meer beheersbaar.
• De onenigheden die onderdrukt werden tijdens fase 1, komen nu onvermijdelijk naar boven, omdat er allerlei praktische zaken moeten worden geregeld die tot confrontaties leiden.
• Sommige koppels maken zich zorgen om hun relatie en willen graag de zekerheid krijgen dat hun relatie niet doodbloedt maar evolueert naar een andere fase. “Wat is er mis met ons” is een vaak gehoorde kreet.
Knelpunt(en)
Wat eerst vreemd maar best leuk leek in de ander, groeit in deze fase uit tot een bron van irritatie. Ook vrienden en familieleden kunnen spanningen veroorzaken. In fase twee komen er discussies omtrent de rolverdeling.
Suggestie: Leer constructief ruzie maken
Dat kan bijvoorbeeld via geweldloze communicatie. Zelfs de meest banale dingen zijn het waard om er over te discussiëren, omdat het een mogelijkheid biedt om onenigheden uit te praten. Door kleine kwesties uit te praten, leer je hoe het moet. Deze vaardigheden kunnen later ook met succes ingezet worden bij de aanpak van grotere problemen. -
Fase 3: Zelfbevestiging (duurt 3 tot 4 jaar)
-
Fase 4: Samenwerking (duurt 5 tot 14 jaar – de moeilijkste fase)
-
Fase 5: Aanpassing (duurt 15 tot 25 jaar)
• Het koppel past zich eerder aan de veranderingen aan, in plaats van telkens de relatie in vraag te stellen. De partners weten dat ze niet meer zullen veranderen.
• De meeste koppels in dit stadium voelen zich (tot op een bepaald moment) tevreden, de vriendschap en het gezelschap is belangrijk.
• Op seksueel vlak is dit een bloeiperiode, door het verhoogde zelfvertrouwen én omdat ze niet meer geven om wat anderen denken.
• Maar in dit stadium komen tevens de problemen het sterkst op de voorgrond, wat vaak leidt tot een houding van “Ik zie je graag maar…” Door elkaar te aanvaarden met de goede én slechte kanten, duikt het gevoel op dat verandering niet meer mogelijk is. Het zelfverzekerde gevoel kan omslaan in depressie en de partners willen zich weer speciaal voelen.Knelpunt
Omdat de partner niet meer zal veranderen, lijkt de enige uitweg erin te bestaan de relatie te beëindigen.
Suggestie: Naar elkaar luisteren.
De partners kennen elkaar door en door maar grote veranderingen kunnen onverwachts toeslaan en een onvoorzien effect veroorzaken. De zich aanpassende koppels veronderstellen allerlei dingen over elkaar, zonder te toetsen of dat nog klopt. Luisteren naar wat de ander zegt (of net niet zegt), wordt in deze fase enorm belangrijk. -
Fase 6: Hernieuwing (duurt 25 tot 50 jaar)
• Vaak zijn de oudere koppels het intiemst en het meest romantisch.
• De belofte van een toekomst samen is immers gerealiseerd.
• Samen herinneringen ophalen en grapjes maken, is belangrijk.
• In deze fase is “ik hou wel van je maar….” het minst waarschijnlijk.Knelpunt
Verschillen en persoonlijke verlangens worden moeilijk aangekaart en gezondheidsproblemen kunnen een zware druk op de relatie leggen.
Suggestie: Geduld en begrip opbrengen voor elkaar.
• In stadium 3 komt de individualiteit van een partner weer helemaal naar boven.
• Om te groeien hebben relaties de individualiteit van de partners nodig.
• Waar tot op dit moment vaak dingen werden opgegeven om bij elkaar te zijn of de partner te steunen, komen hier de persoonlijke voorkeuren opnieuw duidelijk naar voor.
• Ook hier moet een evenwicht gezocht worden tussen de relatie en het individu.
Knelpunt(en)
In deze fase volgt vaak een zoektocht naar meer persoonlijke vrijheid. De andere partner vraagt dan: “waarom wil hij/zij niet meer tijd met mij doorbrengen?” Degene met het minst zelfvertrouwen zal zich proberen verstoppen in de relatie en houdt de andere soms tegen om te doen wat hij/zij graag doet, puur uit angst dat de relatie eronder zal lijden.
Suggestie: Leer compromissen sluiten.
Koppels die de kleinere dingen uitgepraat hebben, zullen het minder moeilijk hebben wanneer deze thema’s ter discussie staan. Toch kunnen deze discussies lang blijven doorwerken. Maar opgeven mag hier geen optie zijn. Tot compromissen komen daarentegen is belangrijk, zo niet zal één van beiden de relatie domineren, waardoor deze uit balans raakt.
• De relatie biedt intussen zekerheid en veiligheid.
• Vanuit die basis ga je voor een nieuwe carrière of een bijkomende opleiding. Dit vraagt veel steun van de partner maar tegelijk worden de spanning en het nieuwe wel terug in de relatie gebracht.
• Je kan ook gaan voor een gezamenlijk project zoals samen kinderen krijgen, samen een zaak starten, samen vrijwilligerswerk doen, avontuurlijke reizen maken of een tweede of volgende woonst kopen.
Knelpunt(en)
Dit is de moeilijkste fase.
1) Omdat het gevaar bestaat dat je dusdanig op elkaar ingespeeld bent geraakt dat het allemaal zo vanzelfsprekend lijkt. Met het gevolg dat je de aanwezigheid van de partner nauwelijks meer waardeert of erkent.
2) In fase 4 kan het ook gebeuren dat de ene partner sneller of in een andere richting groeit, dan de ander. Hier bestaat dus het risico dat de ene, de andere achter zich laat. Dit is vaak een realiteit bij koppels ontstaan toen de partners tieners of prille twintigers waren.
3) Stress via één van de “projecten” zorgt ook voor stress in de relatie. Bij een slechte communicatie, verliest de ene zich in het project en voelt de de ander zich buitengesloten. De lijn tussen aparte activiteiten die de relatie versterken of verzwakken is helaas flinterdun.
Suggestie: Vrijgevigheid.
Hoe minder bezitterig je bent, hoe beter. Deze overgang is niet gemakkelijk, vooral niet als de ene iets lanceert terwijl de ander daar niet klaar voor is. Maar steun bieden en geloven in de projecten, blijft noodzakelijk en zal de relatie uiteindelijk verbeteren in plaats van die te ondermijnen.
